Het verhaal van de vertrekceremonie (8): ‘Wandelen is een luchten van de ziel’
De Vertrekceremonie/Pelgrimslauden van de Walk of Wisdom op 5 juni in de Stevenskerk in Nijmegen ging gelukkig weer door, toch de nieuwe traditie “om de tekst vooraf in te spreken” is inmiddels sterk verankerd in het DNA van de Walk of Wisdom. Zodoende is de bijdrage van pelgrim Ton Reijnders, de tekst van Joke Hermsen, ook te beluisteren.
De tekst komt bij elke Vertrekceremonie uit het boek ‘Seizoenen van het Leven: een hedendaags getijden- en pelgrimsboek’.
Hieronder vind je de tekst zoals Ton deze heeft ingesproken.
Juni, de ‘rozenmaand’, vind ik zelf nog altijd de mooiste wandelmaand. De velden staan vol bloeiende klaprozen, margrieten en korenbloemen, die ongewild en onbewust het kleurenpalet van Monet in herinnering roepen. Er ligt nog een frisheid over het land die ertoe uitnodigt de deur wijd open te gooien, de ruimten rondom te verkennen en de wijde wereld in te trekken. In juni wandel ik zelf meestal in de Franse Bourgogne, waar ik een aantal jaren geleden met een paar vrienden een oude herberg kocht, die tot mijn vreugde slechts op een paar kilometer van de oude pelgrimsroute naar Santiago di Compostella gelegen is.
Wandelen is voor mij het ideale begin van de dag, want wandelen en filosoferen horen bij elkaar als de klaprozen in de velden, de witte Charolais koeien in de weiden: de wereld in wandelen betekent over de wereld nadenken. Het denkende lopen is overigens niet iets wat de wandelaar zich bewust hoeft voor te nemen, het gebeurt namelijk geheel vanzelf. Zodra we de benen strekken, komt ook onze geest in beweging. Zodra we de ene voet voor de andere zetten, ontstaat er ruimte om ons heen en in onze gedachten. Daarom zijn er waarschijnlijk ook zoveel filosofen geweest, van Aristoteles tot Walter Benjamin, die het wandelen, kuieren of flaneren tot onmisbaar onderdeel van hun denken verklaarden. Ann Meskens vertelt daar heel aanstekelijk over in haar boek Eindelijk buiten (2008), waarin ze ook de volgelingen van Aristoteles beschrijft, die ‘wandelende denkers’ – de peripatetici – werden genoemd, omdat hun leermeester alleen wandelend door de gangen van het Atheense gymnasium Lukeion les gaf.
Wandelen en wijsheid zijn sinds de oudheid aan elkaar verbonden, want wandelend denken betekent je gedachten de vrije loop geven, ze niet bij voorbaat door regels en wetten laten inperken, geen strakke, rechte weg willen vervolgen, maar vele onbekende zijwegen en af en toe een dwaalspoor durven in te slaan. ‘Mijn pen moet dezelfde weg gaan als mijn voeten’, schreef Montaigne. Hij maakte van het denken een vrijelijk ‘essayeren’ – letterlijk: pogen, uitproberen – en liet hiermee een nieuw genre – het essay – geboren worden. Het gaat er bij deze vorm van denken om juist niet bij voorbaat te willen weten waar je heen zult gaan of uit zult komen, maar puur om het vertrekken van daar waar je bent. Zoeken, tasten, speuren en af en toe in het struikgewas vast komen te zitten, horen bij elke creatieve vorm van denken. Nietzsche, die dagelijks lange wandelingen maakte door de bergen rondom het Zwitserse Sils Maria ging zelfs nog een stapje verder: ‘Alleen de bewandelde gedachten hebben waarde’, schreef hij. Want wandelen biedt niet alleen verrassende uitzichten, maar verschaft de geest ook nieuwe inzichten.
Elk jaar lopen we een nieuw stukje van het eeuwenoude pelgrimspad in de Bourgogne, dat in de vroege zomer nog verrassend rustig is. De eerste wandeling die we maakten vertrok vanuit Vezelay en kroop vervolgens door de heuvels omhoog, zodat we bij elke bocht een mogelijk nog fraaier uitzicht op het hoog gelegen, middeleeuwse stadje kregen. Vervolgens slingerde het pad de bossen in, even duister als dichtbegroeid, waar roofvogels boven de hoge boomtoppen cirkelden, herten verschrikt weg stoven van het pad, en we vooral ook ons best moesten doen om niet op de rond kruipende oranje naaktslakken te stappen. Tijdens het eerste uur van een wandeling ben ik nog op zoek naar het juiste ritme, en dan is het vooral zaak om door te lopen. Op zeker moment vind ik dan de juiste cadans en raken geest en lichaam steeds beter op elkaar afgestemd; ze zitten elkaar niet langer in de weg, vechten niet langer om voorrang, maar vormen een harmonisch dravend tweespan dat ik tijdens de meeste alledaagse bezigheden slechts heel zelden zo ervaar.
Na een paar uur lopen ben ik ook niet langer bezig met afstanden berekenen of kilometers tellen; alle calculerende gedachtes zijn uit mijn geest verdwenen en maken plaats voor een diepere en vooral ook veel intensere reflectie. Het is eigenlijk pure vrijheid waarin mijn denken dan terecht komt: herinneringen, flarden van gedachten, beelden en visioenen borrelen op en duiken weer weg. Mijn geest tast voortdurend nieuwe horizonten van nieuwe denkvelden af, en doet dit op een heel associatieve en intuïtieve wijze. Juist dankzij die vrije loop die mijn gedachten al wandelend nemen, krijg ik menige inval of vondst: vaak weet ik na afloop van een wandeling hoe de eerste zinnen van een nieuw hoofdstuk of de titel van een roman of essay zullen luiden. Zo bedacht ik mij tijdens die eerste wandeling vanuit Vezelay dat mijn essay over tijd en ziel genoemd zou worden naar een uitspraak van Nietzsche: Windstilte van de ziel.
Sindsdien ben ik blijven lopen, in de Bourgondische heuvels, maar ook in de stad, aan zee of op de hei. Wandelen is louterend voor lichaam en geest. Eenmaal weer thuis voel ik me niet alleen lichter, maar ook rijker en meer in balans dan bij vertrek. Wandelen is ook een vorm van zorg dragen voor de ziel, hetgeen volgens de oude Griekse filosofen tot de belangrijkste taken van de mens behoorde. Het is ruimte bieden aan wie je ten diepste bent en adem blazen in wat zich onder de oppervlakte allemaal roert en beweegt.
Laat auto, fiets of scooter dus wat vaker staan en verleer het lopen niet. Want wandelen is een vorm van luchten van de ziel.
Joke Hermsen, Schrijfster en filosofe. In haar boek ‘Stil de Tijd’ vraagt ze zich af of er nog een andere, meer persoonlijke tijd is dan de kloktijd.
Wil je aan een Vertrekceremonie deelnemen, houdt dan de agenda in te gaten.