De Walk of Wisdom van Richard en Natalie
“Blijf jezelf ontwikkelen door steeds nieuwe dingen te ondernemen”
(pelgrim Richard Göbel-Frieswijk)
Pelgrim Richard Göbel-Frieswijk liep met echtgenote Natalie de Walk of Wisdom. Hieronder vind je zijn verslag.
Ik ben van mening dat je jezelf moet blijven stimuleren. Blijven ontwikkelen door steeds nieuwe dingen te ondernemen. Ook als je daar misschien een beetje tegenop kan zien. Zo ben ik zelf nooit zo’n sporter geweest. Ik zie mijzelf niet op een loopband staan. Immers je gaat nergens heen. Ik ben wel voor een actief privéleven. Gewoon lekker je dagelijkse dingetjes doen. Bijvoorbeeld hout hakken of hout kloven of iets bouwen. Om die reden leek het ons leuk om pelgrim routes gaan lopen. Zo combineer je de outdoor activiteiten met het sportieve en voeg je tegelijkertijd iets inhoudelijks toe.
Zo zijn Natalie en ik begonnen met de pelgrimsroute St. Odulphus in Zuidwest Friesland. Ik hoor mezelf denken. Ik heb vaak genoeg de zogenaamde kleine weggetjes bereden met de motor dus dacht een behoorlijk goede indruk van Friesland te hebben. Ik kan bekennen dat ik me lelijk heb vergist! Maar hierover in een ander verhaal meer. Dit verhaal gaat over een andere “eigentijdse pelgrimsroute”: de Walk of Wisdom (WoW).
Een verhaal met vergelijkbare ervaringen. Ervaring moet je opbouwen. Dat kan alleen door het domweg te gaan doen. Gewoon beginnen en gaandeweg ervaren hoe het gaat.
Gaandeweg dagjes aan elkaar knopen
In Friesland begonnen we met eerst een dagje te lopen en dan weer terug met de bus. Gaandeweg gingen we dagjes aan elkaar knopen door met bepakking te gaan lopen. Tent, brander, pan en eten mee. Plekje voor de tent zoeken. Camping of ergens anders. Gaandeweg werden we daar wat meer ervaren mee en we besloten dit voor een langere periode te gaan doen.
Ik ben gezegend met een rijk inbeeldingsvermogen. Ik kan mij dan ook voorstellen hoe de pelgrims indertijd ook niet naar huis gingen. Die liepen gewoon aan één stuk door. Werden opgevangen door lokale bevolking en vonden herberg in kerken. Dit gedachtegoed bestaat helaas niet meer. Dan maar zelfvoorzienend. Een tweetal dagen lopen met 1 overnachting voelt dan gelijk aan een week vakantie.
Vrijdag 12 juli 2019 zijn wij naar Nijmegen vertrokken om daar de Walk of Wisdom te gaan lopen. 136 Kilometer kris kras door het Brabantse, Gelderse en Limburgse landschap.
De pioniersroute voert door een divers landschap met on-Nederlandse hoogteverschillen. Het grootste deel is onverhard en de contouren van de route lijken op een vliegende vogel. Begin- en eindpunt is het meest geliefde gebouw van Nijmegen: de Stevenskerk (1273). Je loopt door twee landen, drie provincies en elf gemeenten.
Deze route kenmerkt zich door zoveel mogelijk zonder telefoon te lopen. Je loopt aan de hand van een routebeschrijving welke onderweg wordt ondersteund door stickers met het kenmerkende engel symbool.
Leren schoenveter
Tegenwoordig worden klassieke omgangsvormen verstoord door moderne technologie. We communiceren met iedereen om ons heen maar hebben nauwelijks meer oog voor elkaar of een gesprek met je naasten. Tijdens het lopen verdiep je je in jezelf. Er ontstaan gesprekken, je geniet van de landschappen waarvan je het bestaan niet wist en komt bezienswaardigheden tegen uit de oudheid zoals middeleeuwse kastelen of overblijfselen van een Romeinse wachttoren uit de derde eeuw. In mijn geval kan ik dan niet helpen mijn fantasie de vrije loop te laten gaan.
Iedere pelgrim krijgt bij inschrijving een leren schoenveter met uniek inschrijfnummer mee. Bij ieder voltooid traject kan je een plastic vogelringetje ophalen bij een lokaal café, restaurant of koffie tentje. Soms vind je ze in een vogelhuisje.
De schoenveter wordt geleverd met je eigen inschrijfnummer. De schoenveter met de vogelringetjes is het bewijs dat je de route hebt voltooid. Je mag er ook iets anders aan hangen dat van persoonlijke waarde is.
De route start in de prachtige Stevenskerk te Nijmegen. Vlak daarbuiten staat het standbeeld van Mariken van Nimwegen. Mariken keek de duivel in de ogen en leefde 7 jaar met hem samen.
Plaats voor de gelukzaligen
De route gaat vrijwel direct Nijmegen uit de Ooypolder in. Je loopt langs de Waal. Later loop je om de bisonbaai heen. Je loopt daar letterlijk tussen de bisons door. Gemoedelijke maar imposante dieren. In de bisonbaai hebben we een korte duik genomen. Zeer verfrissend en we voelden ons als herboren.
In het dorp Ubbergen ligt de heerlijkheid Beek in de gemeente Berg en Dal. Een terrein genaamd naar de Elyzeese of Elyseïsche velden. De Elyzeese velden zijn een plaats uit het Romeinse geloof. Het is een plek in de onderwereld waar je naartoe gaat als je plotseling uit het leven wordt gegrepen. Het is een plaats voor de gelukzaligen.
Deze aanduiding met velden is naoorlogs, maar in de 19de eeuw was er al wel sprake van een Elyzeesch dal. Deze aanduiding houdt mogelijk verband met de aanwezigheid van buitenplaatsen in welk verband Arcadië (Griekenland) ook wel werd gebruikt. Ik kan ook hier weer niet mijn fantasie bedwingen en had het gelukzalige beeld voor mij uit de film Gladiator met Russell Crowe. Een scene waar ik keer op keer kippevel van krijg:
Ik kan bekennen dat het daadwerkelijk een prachtige plek is waarvan ik me kan voorstellen dat je er na de dood heen zou willen. Een schitterend glooiend landschap met graslanden afgewisseld met graan en tarwe.
Libellen begeleiden ons op onze route door steeds voor ons uit de vliegen en weer op het pad te landen. 1 Libelle hield ons zelfs even op en dwong ons te stoppen en aandacht aan elkaar te besteden. Precies ook op die plek was er een gedenkplekje gemaakt door iemand door een plankje met een tekst met bloemetjes achter te laten. De tekst schreef “ik zal je missen”. Een herinnering om nooit meer te vergeten. Verlies elkaar niet uit het oog.
In de achtertuin van een B&B
De route vervolgden wij uiteraard met de nodige overnachtingen. Teruggeworpen op onszelf en de weinige spullen uit onze rugtas. ’s avonds met stramme spieren de tent opzetten. Strompelend de laatste meters afleggen.
Zo konden wij op 1 avond geen camping vinden. Alle campings waren overvol vanwege de Nijmeegse vierdaagse. Wildkamperen was ook geen optie en uiteindelijk belandden wij bij mensen die een B&B hadden. Barmhartig werden wij opgevangen. Wij mochten onze tent in hun tuin opzetten en van de faciliteiten van het huisje gebruik maken.
Een douche is dan ineens zoveel meer waard dan als je dat dagelijks thuis doet. De dag erop beklommen wij de Duivelsberg. Voordat wij die berg beklommen liepen wij door het Filosofendal. In de Romeinse tijd zou zich hier een filosoof hebben teruggetrokken om te ontsnappen uit het garnizoensleven.
De Duivelsberg was daadwerkelijk duivels want stijl dat deze was! Stapje voor stapje de berg op. Onderweg kwam ik tot de ontdekking dat ik mijn jasje bij een bankje had achtergelaten dus kon ik weer terug. Ik liet Natalie en mijn bepakking achter om het geliefde jasje op te halen (ooit gekocht in Grave).
Groesbeek – Duitse grens langs een Middeleeuwse Burcht.
Kranenburg – Reichswald
Kranenburg is sinds de veertiende eeuw een bedevaartplaats. Het verhaal gaat dat er een wonder plaatsvond aan de rand van het bos op de plaats waar een hostie was uitgespuugd.
Freudenberg-Milsbeek-Sint Jansberg-Mookerheide
De Mookerheide staat bekend vanwege de geallieerde operatie Market Garden. Sporen van de oorlog zie je overigens overal terug. Sporen en gedenkplekken die aan de oorlog refereren. Idyllische bossen waar beschietingen hebben plaatsgevonden en waar mensen het leven hebben gelaten. Een trieste gedachte op een zo mooie plek. Zo zie je een foto waarop te zien is dat er in 2011 twee vermiste piloten in een akker zijn teruggevonden. Wat zou dat fijn zijn geweest voor de nabestaanden om te horen dat er familie van je is teruggevonden.
Niets anders dan onafgebroken natuur schuift aan je voorbij. Prachtige wilde bloemen in de mooiste kleuren paars, roze en wit.
Met ranke bloemblaadjes staan ze gedwee mooi te zijn. Mijn kuit begint pijn te doen. Ik kan bijna niet meer verder maar we staat voor het tweede deel van de Mookerheide. Een hele steile trap op. Iedere stap doet pijn. Ter plekke de tent opslaan mag niet. De Mookerheide is beschermd gebied. Bovendien lopen er runderen los rond en Natalie vindt dat niet prettig.
Dan nog maar even doorzetten. De steile trap op. Over de heide. Er lijkt geen eind aan te komen. Uiteindelijk belanden we bij de landgoed Jachtslot Mookerheide. Genoeg plekjes waar de tent kan staan. Ik besluit een beetje aan te dringen. De sociale werkplaats verwerkt kennelijk kreupelhout tot brandhout. Het slot staat leeg en er is niemand te zien. We hebben het rijk alleen. Ik vergeet mijn pijn een beetje. Prachtige picknicktafels. We voelen ons de baas. Uit internet onderzoek (ja ja de telefoon eventjes aan) en Facebook leren wij dat de sociale werkplaats ermee is opgehouden. Vermoedelijk zal er de volgende dag niemand gaan komen. Zekerheidshalve zette we toch de wekker. De volgende dag hebben we de tent en slaapzakken direct opgeborgen om zo enige verdachtmaking uit te sluiten. Uiteindelijk hebben we heerlijk zittend op de bankjes en grote tafel van de ochtend genoten en fijn koffie gedronken en broodjes gesmeerd. Wat voelden wij ons rijk.
Fijne dag lopen
Omdat Natalie niet zo van de onzekerheid van de slaapplaats houdt, besloten we om de slaapplaats van te voren te gaan regelen. De eerst volgende stop zou dan bij de Hatertse Vennen zijn. We belden met het Scouting Labelterrein Sint Walrick. Ik belde om 8:00 uur ’s ochtends met het scoutingterrein. Ik identificeerde mij als ‘collega scout’. Alles was in orde en we konden komen. Gerustgesteld van de zekerheid van een overnachting konden wij onze dag gaan starten. Het was een fijne dag lopen en al snel kwamen wij bij Heumen aan. Bij Heumen staat de Walrickkapel met de lapjesboom of koortsboom.
De rovershoofdman Walrick zou in de 8ste eeuw tot het Christendom bekeerd zijn omdat zijn zieke dochter werd genezen door een prediker. Dit gebeurde nadat ze een lap van een kledingstuk in de boom had gehangen.
Het is om die reden een spirituele plek geworden voor iedereen om voor jezelf of anderen die met een ziekte te maken hebben een lapje in de boom te hangen. Belangrijk is nadat je het lapje hebt opgehangen dat je niet meer omkijkt als je wegloopt. Ook scholieren weten de plek te vinden als ze hun eindexamen ingaan.
Eenmaal bij het Scoutingterrein aangekomen werden we hartelijk ontvangen. We hadden een veld voor onszelf. We konden douchen en de telefoon opladen. ’s Avonds koffie voor een vrijwillige bijdrage.
De volgende dag een overnachting in het Klooster geregeld en wederom met de zekerheid van de overnachting weer aan de wandel. Tent oppakken. Koffie en brood. Als je je hele bestaan in je rugzak hebt dan kan je gaan en staan waar je wil. Dus als je onderweg ergens een mooi bankje tegenkomt dan maken we koffie, eten of soep. De warme maaltijd ’s avonds word ik ook steeds handiger in. Ik maak gebruik van bergbeklimmersmaaltijden. Dat zijn gevriesdroogde volwaardige maaltijden. Ze zijn wel een beetje duur maar heel voedzaam. De andere avonden delen we zo’n maaltijd en eten we er wat anders bij. Fruit of yoghurt of knakworstjes of een blikgroente in bouillon. De ene krijgt zijn eten dan in het blik waar de groente in zat. De ander eet dan uit de pan. Borden hebben we niet meegenomen.
Voordat we bij het klooster kwamen liepen we door een gebied dat Keent heet. Vroeger lag daar een vliegveld langs de rivier. Nadat de rivier was verlegd raakte het vliegveld geïsoleerd doordat het een eiland werd. Toen de tweede wereldoorlog uitbrak werd het vliegveld weer in gebruik genomen.
Bij opgravingen zijn er opvallend veel champagneflessen opgegraven. Het bleek dat er niet alleen wapens en munitie werden ingevlogen maar ook drank. Als er weer een vliegtuig uit de lucht was geschoten dan werd dit wild gevierd met de nodige flessen champagne.
De laatste stappen langs de oude Wetering. Die rivier stond een beetje hoog dus kregen we natte voeten. De ontbering hoort bij een oprechte pelgrim dus we vinden het niet erg. Je leert pas als je buiten je comfortzone stapt.
Oprjochte Frys
Het klooster ligt in het plaatsje Velp nabij vestingstad Grave. Het was dan ook bij Grave waar de geschiedkundige paden van onze twee pelgrimpaden kruisten. Want de vesting Grave is van de hand van niemand minder dan Menno van Coehoorn. Militair en vestingbouwkundige. Een oprjochte Frys. Geboren in Britsum 17 maart 1704. Vestingen van zijn hand vind je terug in Sloten, Zwolle, Nijmegen, Bergen op Zoom, Grave en Breda. Coehoorn is tevens belangrijk persoon in de pelgrimtocht St. Odulpus die wij in Zuidwest Friesland lopen. Zijn praalgraf is te vinden in Wijckel. Het graf aldaar is gevandaliseerd door de troepen van Napoleon. Puur uit woede vanwege de niet te benemen vestingen van zijn hand.
Wij stapten het oude klooster binnen. Na een beetje ongemakkelijk heen en weer te hebben gedraald werden we aangesproken. Een vriendelijke man in burger die de broek op half zeven droeg. Wij identificeerden ons als pelgrims en verzochten een slaapplaats. Zoals ieder goed Christen betaamd konden wij niet worden geweigerd. Dus wij werden overgedragen aan moeder overste. Een vrouw in burger die de scepter zwaait. Maar de keet zat vol met vierdaagse lopers en ze zat met de handen in de grijze haren.
Toen wij zeiden dat we alleen maar een stukje gras nodig hadden klonk er een opluchting. Wij werden naar de kloostertuin begeleid. Wij liepen gedwee achter haar aan zoals eendekuikens dat achter moeder eend doen. Een mooie Idyllisch plekje tussen de fruitbomen. We werden voor de maaltijd uitgenodigd en mochten van de douche gebruik maken. Het plaatsen van de tent behoorde niet tot de standaard service en werd eenmalig gedoogd.
Het bijzondere was dat er van onze komst helemaal niks bekend was. Dat terwijl ik toch echt iemand aan de telefoon had gehad. Omdat we wij er verfomfaaid uitzagen werden wij hier verder niet mee lastig gevallen.
De volgende dag konden wij om 8:00 uur gebruik maken van het ontbijt. Om half acht werden wij gewekt door moeder overste. Wederom kwam de telefonische aankondiging ter sprake. Niet dat we niet welkom waren geweest en ook niet dat wij niet werden geloofd, maar hrt begon ons toch dwars te zitten. Aangezien de mobiele telefoon alles onthoudt kon ik terugvinden met wie ik had gebeld. Het bleek dat ik met een ander klooster Emmaus in Hervoirt contact had gehad. Het mysterie was daarmee opgelost.
Velp – Overangel
Overangel-Ravestein-Niftrik.
Niftrik – Wijchen
Wijchen-Leur
Leur – Hernen
Heerlijkheid van Leur zijn gebieden die vroeger onder onder het gezag van een adellijke heer die “heerlijkheid’ werd genoemd. Nog altijd is veel grond in Leur in bezit van de adellijke familie.
Vanwege het prachtige adellijke bos namen wij de proef op de som en besloten eens eerlijk te vragen of wij onze tent mochten opzetten. We hadden de boswachterij gevonden en de boswachter kwam toevallig aanlopen. De boswachter was een man die er vrijgevochten uitzag. Aan zijn houding konden we opmerken dat hijzelf met ons verzoek geen probleem had maar dat “de heren” dat liever niet hadden. Met twijfel in zijn stem moest hij meedelen daar niet aan de kunnen beginnen. Gedwee toonden wij respect voor zijn professionele houding en verlieten het terrein.
Door de bossen en op de de laatste energie vonden wij een minicamping.
Zoals dat moest zijn liepen we verkeerd en kwamen uiteindelijk bij minicamping Zus & Zus terecht. Wederom een camping die VOL zat met vierdaagse lopers kon ons een plek niet worden geweigerd.
Maar wacht….. één zus…. twee zus. Hey!!! Twee dezelfde. Haha vandaar de naam. Extreem gezellige meiden. We werden hartelijk onthaald en het praten hield niet meer op. Het mooiste sanitair dat ik op een camping ooit gezien had. Ja ja Villeroy & Boch….. ennnn de deurklinken niet te vergeten he???
Aan de lange houten tafel zocht iedereen elkaar op. Iedereen was in ons geïnteresseerd. De camping werd voornamelijk bevolkt door pensionado’s die de vierdaagse liepen. Kranige 60+ers. Er werd een hoekje voor ons gevonden en we konden onze tent neerzetten. De volgende ochtend van hetzelfde laken een pak. Weer gezellig. De gasten waren ook hartelijk tegen ons. Het was vrijdag. Onze laatste wandeldag. De laatste dag van de Vierdaagse. De zussen druk in de weer met de gladiolen. Eentje was over en werd spontaan bij Natalie in de rugzak gestoken.
Hernen-Bergharen
Bergharen – Afferden
De dag zat erop. In Afferden bij Druten ons laatste vogelringetje opgehaald. En de bus genomen naar Nijmegen. Is onze pelgrimstocht voltooid? Nee! De verplichtingen riepen weer. Ons resteert nog 1 traject. We hebben er #zinin. Het inwijdingsritueel in de Stevenskerk moeten we ook nog doen. Dat kan vooraf maar mag ook achteraf.
Eenmaal in de bus werden we, vanwege de gekregen gladiool, voor vierdaagse lopers gehouden. Maar onderweg werden we ook steeds vaker als WoW-ers herkend door onze leren schoenveter armband met de gekleurde vogelringetjes eraan.
Gladiool in de rugtas
We hebben in Nijmegen van de sfeer genoten en langs de Waal gezeten. De gladiool in de rugtas van Natalie gaf ons het gevoel door de velden van de gelukzaligen te lopen. We belden het dichtstbijzijnde Scouting labelterrein in Mook. Ook daar waren we meer dan welkom. Voor een spotprijs (2,50 p.p.p.n.) konden wij nog van een laatste nachtje samen genieten.
De indrukken, het samen zijn, de ontberingen, de vrijheid, de mensen die je tegenkomt. De praatjes hier en daar, de mooie natuur, cultuur en geschiedenis maakten het een onvergetelijke belevenis. Ik bedank de organisatie van de WoW maar bovenal deze belevenis die ik mocht meemaken samen met mijn echtgenote Natalie Frieswijk. Bedankt voor dit avontuur en moge er vele volgen.
TEKST EN FOTO’S: RICHARD EN NATALIE GÖBEL-FRIESWIJK